De richtlijnen voor wanneer u een cholesteroltest moet laten doen, kunnen variëren en zijn afhankelijk van uw individuele risico.
Hoe vaak moet je een cholesteroltest laten doen? Dat hangt af van aan wie je het vraagt. Richtlijnen kunnen inconsistent zijn. De U.S. Preventive Services Task Force (USPSTF) zegt dat het redelijk kan zijn om ten minste elke 5 jaar een lipidentest te laten doen -- dat omvat cholesterol en triglyceriden --.
De American Heart Association (AHA) beveelt de test ten minste elke 4 tot 6 jaar vanaf de leeftijd van 20 jaar aan, zolang uw algemene risico op hartziekten laag is. De CDC geeft hetzelfde advies. Na uw 40e moet uw arts volgens de AHA uw risico op een hartaanval of beroerte in de komende 10 jaar berekenen. Aan de hand van uw individuele risico kan de arts beslissen hoe vaak u moet worden gescreend.
Het National Heart, Lung, and Blood Institute (NHLBI) breidt zijn aanbevelingen uit tot kinderen. Zij zeggen dat kinderen voor het eerst een cholesteroltest moeten ondergaan tussen 9 en 11 jaar en daarna elke 5 jaar een herhalingstest moeten ondergaan. Vanaf 20 jaar raadt de NHLBI aan om elke 5 jaar te testen. Op 45-jarige leeftijd als je een man bent of 55 als je een vrouw bent, moet je beginnen met controles om de twee jaar. Op 65-jarige leeftijd raden ze iedereen aan met jaarlijkse tests te beginnen.
Alle bovengenoemde organisaties wijzen erop dat u mogelijk eerder en vaker moet worden gescreend als u risicofactoren voor hartziekten hebt, zoals een familiegeschiedenis met een hoog cholesterolgehalte of hartziekten. Gezien het gebrek aan consensus en de behoefte aan persoonlijke begeleiding, is de beste optie om het uw huisarts te vragen.
Als uw arts denkt dat het nodig is, zal hij een zogeheten lipidenpanel bestellen. Dit meet LDL-cholesterol (het slechte soort dat de opbouw van vetafzettingen in slagaders veroorzaakt), HDL-cholesterol (het goede soort dat helpt het slechte spul weg te vegen), en totaal cholesterol (een combinatie van beide getallen). Het kan ook uw triglyceriden meten, een ander soort bloedvet.
Als uw resultaten terugkomen, moet u ze met uw arts doornemen. De meeste artsen vinden het totale cholesterol te hoog als het 200 mg/dL of hoger is, vooral als je HDL (het goede spul) niet minstens 40-60 mg/dL van dat totaal uitmaakt.
De AHA geeft niet langer specifieke cutoffs voor gezond en ongezond cholesterol. Ze zeggen dat u de cijfers met uw arts moet bespreken om te weten te komen hoe ze uw algemene risico op hartaandoeningen beïnvloeden.