Denk aan de voordelen
1/12
Duursportoefeningen zoals fietsen verhogen uw hartslag, verbeteren uw ademhaling en kunnen ziekten als diabetes, darmkanker, borstkanker en hartziekten helpen voorkomen. Studies tonen ook aan dat fietsen de hersenen kan stimuleren, artritis kan helpen behandelen en de spieren die u gebruikt voor het evenwicht kan versterken.
Ken de risico's
2/12
Fietsen brengt een reëel risico op letsel met zich mee, vooral als u in of rond het verkeer fietst. U kunt ook overbelastingsblessures in uw knieën, spierpijn en carpaal tunnel syndroom in uw polsen oplopen als u lange afstanden fietst. Maar u kunt deze gevaren verminderen met de juiste bescherming, uitrusting en training.
Vind de juiste fiets
3/12
De juiste framemaat is belangrijk omdat je die niet kunt aanpassen. Je moet comfortabel bij de pedalen en het stuur kunnen. De rechte stang van een fiets moet 1-2 inches van uw lichaam verwijderd zijn wanneer u erop zit. Als je een gebogen middenstang op je fiets hebt, moet je been licht gebogen zijn wanneer je het pedaal helemaal indrukt.
Neem een cursus
4/12
Als het al een tijdje geleden is dat je op een fiets hebt gezeten, of als je nog nooit hebt gereden, schrijf je dan in voor een les. Je zou er een moeten kunnen vinden via een school, je plaatselijke recreatieafdeling, een fietsenwinkel in de buurt of een belangenvereniging. Je leert er techniek, onderhoudsbeginselen (zoals het verwisselen van een lekke band) en de verkeersregels in je omgeving.
Wees handig met een helm
5/12
Helmen helpen het best als ze goed passen. Je helm moet vlak op je hoofd zitten, slechts één of twee vingerbreedtes boven je wenkbrauwen. De kinband moet zo strak onder je kin zitten dat er niet meer dan twee vingers onder passen.
Dress for Success
6/12
Kleding die nauw aansluit op uw lichaam is het beste om schuren en irritatie te voorkomen. Rol losse broekspijpen op of gebruik een beenband om te voorkomen dat ze in uw fietsketting blijven haken. Stop veters in uw schoenen. Op langere ritten kan een korte broek met wattering uw zitvlak helpen dempen.
Opwarmen en afkoelen
7/12
Begin met een lichte wandeling, gevolgd door lichte stretchoefeningen om uw spieren en gewrichten voor te bereiden op het fietsen. Geef je hart en lichaam na het fietsen de kans om af te koelen met nog een korte wandeling en stretch.
Blijf gehydrateerd
8/12
Telkens wanneer je zweet, moet je het verloren vocht vervangen. Neem een bidon mee als je gaat rijden en drink onderweg op.
Houd het veilig
9/12
Zorg ervoor dat je fiets reflectoren heeft. Rijd indien mogelijk met een vriend of groep. Zo niet, vertel dan altijd iemand waar je gaat rijden. Zorg ervoor dat je een opgeladen telefoon bij de hand hebt in geval van nood.
Wees alert
10/12
Wees u bewust van uw omgeving, of u nu op de weg bent of op fietspaden. Signaleer anderen met een bel of met uw stem om hen te laten weten wanneer u van achteren nadert en volg de verkeersregels net als in een auto.
Plan en deel uw route
11/12
Plan waar je gaat rijden voordat je vertrekt. Als u de weg op gaat, kies dan straten met lagere snelheden en minder verkeer.
Luister naar uw lichaam
12/12
Fietsen mag je niet duizelig maken of pijn op de borst, druk of brandend maagzuur veroorzaken. Stop en bel een dokter als je deze symptomen hebt. Ga niet door een blessure heen. Geef uw lichaam de tijd om te genezen voordat u weer op de fiets stapt.