Mensen met voedselallergieën lopen minder risico op COVID

De mensen met Voedselallergieën hebben lager COVID-risico

Door Ralph Ellis

Mensen met voedselallergieën hebben 50% minder kans om besmet te raken met het virus dat COVID-19 veroorzaakt dan mensen zonder voedselallergieën, zo blijkt uit een studie van het National Institutes of Health.

De Human Epidemiology and Response to SARS-CoV-2 (HEROS) studie controleerde de gezondheid van 4.000 mensen in 1.400 huishoudens tussen mei 2020 en februari 2021. Dit was een tijd waarin COVID-vaccins niet beschikbaar waren voor het publiek of niet algemeen beschikbaar waren, zei de NIH.

Tijdens de studie had elk huishouden ten minste één persoon van 21 jaar of ouder. Iemand in elk huishouden nam elke twee weken neusswabs om te testen op COVID.

Onderzoekers wisten niet zeker waarom mensen met voedselallergieën een lager COVID risico hadden. Het is mogelijk dat type 2 ontsteking, die vaak wordt veroorzaakt door een allergische reactie, de niveaus van ACE2-receptoren op het oppervlak van de luchtwegcellen verlaagt, aldus de studie. De ACE2-receptoren zijn ingangspunten voor COVID, minder receptoren betekent minder kans dat COVID het lichaam binnendringt.

Een andere mogelijkheid was dat mensen met voedselallergieën minder vaak uit eten gaan en minder kans hebben om COVID op te lopen, aldus de studie. Maar de onderzoekers vonden dat de mensen met voedselallergieën slechts lichtjes lagere niveaus van communautaire blootstelling hebben dan de andere huishoudens.

De HEROS-studie vond dat mensen met astma en andere allergische aandoeningen, waaronder eczeem en allergische rhinitis, geen lager of hoger risico hadden om COVID op te lopen. De studie leek echter eerder onderzoek te bevestigen dat een verband aantoont tussen zwaarlijvigheid en COVID-risico.

De NIH-studie berekende dat een stijging van de BMI (body mass index) met 10 punten het risico op besmetting met COVID met 9% verhoogt. "Deelnemers met overgewicht of obesitas hadden een 41% groter risico op infectie dan degenen die dat niet hadden", aldus de studie.

Kinderen van 12 jaar of jonger hadden evenveel kans om COVID op te lopen als tieners of volwassenen. Echter, 75% van de gevallen bij kinderen waren asymptomatisch, aldus de studie.

De bevindingen van de NIH-studie "onderstrepen het belang van vaccinatie van kinderen en andere volksgezondheidsmaatregelen om te voorkomen dat zij besmet raken met SARS-CoV-2, waardoor zowel kinderen als kwetsbare leden van hun gezin tegen het virus worden beschermd", aldus Anthony Fauci, hoofd medisch adviseur van het Witte Huis.

"Bovendien verdienen de waargenomen associatie tussen voedselallergie en het risico van besmetting met SARS-CoV-2, alsook tussen de body-mass index en dit risico, verder onderzoek."

Hot