Benieuwd wat u van uw 2-jarige kunt verwachten? Leer meer over de belangrijke mijlpalen en ontdek tekenen van ontwikkelingsachterstand bij de dokter.
Bewegingsvaardigheden
Op deze leeftijd, moet je kind in staat zijn om:
-
Op zijn tenen staan
-
Een balletje trappen
-
Start to run
-
Klim op en af van meubilair zonder hulp
-
De trap op en af lopen terwijl je je vasthoudt
-
Een bal bovenhands gooien
-
Draag een groot stuk speelgoed of meerdere stukken speelgoed tijdens het lopen
Je hebt waarschijnlijk gemerkt dat je kind niet meer wankelt tijdens het lopen en is overgestapt op de soepelere hiel-tot-teen beweging van de typische volwassen loper. In de komende maanden wordt het een meer gecoördineerde loper, leert het achteruit te lopen, bochten om te slaan en met een beetje hulp op één been te staan.
Ze zullen hun motoriek op natuurlijke wijze verbeteren door te rennen, te spelen, van glijbanen te glijden en te klimmen. Het is goed voor ze om elke dag tijd te hebben om naar buiten te gaan en te ontdekken. Zo kunnen ze hun motoriek verbeteren, plezier maken en stoom afblazen. Maar je moet wel toezicht op ze houden.
Ontwikkeling van handen en vingers
Je kind zou in staat moeten zijn om:
-
Naar believen krabbelen
-
Een vat omdraaien en de inhoud eruit gieten
-
Bouw een toren van vier blokken of meer
Uw kind kan nu de bewegingen van zijn pols, vingers en handpalm coördineren, zodat het een deurknop kan omdraaien of een potdeksel kan losdraaien. Hij kan ook een potlood of krijtje vasthouden, ook al lijkt de greep voor u misschien wat onhandig. Toch is het goed genoeg voor ze om te beginnen met het maken van wat lijnen en cirkels op een stuk papier. Hun aandachtsspanne zal veel langer zijn dan met 18 maanden en nu ze de bladzijden van een boek kunnen omslaan, kunnen ze meer meedoen als jullie samen lezen. Tekenen, blokken bouwen of een bouwpakket gebruiken zal ze lange tijd tevreden houden.
Uw peuter kan op deze leeftijd een voorkeur voor zijn linker- of rechterhand laten zien. Maar je hoeft hem niet onder druk te zetten om voor de ene of de andere hand te kiezen. Sommige kinderen ontwikkelen later een voorkeur. Anderen kunnen beide handen even goed gebruiken. Laat het dus op een natuurlijke manier gebeuren.
Taalvaardigheden
Je kind zou in staat moeten zijn om:
-
Dingen of plaatjes aan te wijzen wanneer ze genoemd worden
-
Kennen de namen van ouders, broers en zussen, lichaamsdelen, en voorwerpen
-
Zeg een zin met twee tot vier woorden
-
Volg eenvoudige instructies
-
Herhaal opgevangen woorden in een gesprek
Je kind van twee begint waarschijnlijk langere zinnen te maken (zoals "Mama, ik wil een koekje" in plaats van alleen "Koekje mama"). Ze beginnen ook voornaamwoorden als "ik" en "mij" te gebruiken in plaats van hun naam. Niet alle kinderen praten even snel, dus maak je geen zorgen als het kind van een vriend meer praat dan dat van jou. Jongens beginnen ook vaak later met praten dan meisjes.
Op deze leeftijd begrijpt je kind meer dan hij kan zeggen. Blijf hem of haar erbij betrekken, vooral door te vertellen wat er de volgende dag gaat gebeuren en hem of haar te waarschuwen als een activiteit bijna voorbij is.
Help uw kind met taalvaardigheden door met hem te praten en hem voor te lezen. Gebruik boeken die vragen om voorwerpen aan te raken, te benoemen of woorden te herhalen (u kunt dit zelf doen met elk prentenboek door uw kind gewoon vragen te stellen). Naarmate hun taalvaardigheid zich ontwikkelt, zullen ze genieten van gedichten, woordspelingen en moppen.
Sociale/Emotionele Vaardigheden
Uw kind kan:
-
Anderen kopiëren, vooral volwassenen en oudere kinderen
-
Raakt opgewonden in de buurt van andere kinderen
-
Toon groeiende onafhankelijkheid
-
Spelen voornamelijk naast, in plaats van met, andere kinderen
-
Vertonen steeds meer ongehoorzaamheid (doen dingen waarvan je zei dat ze het niet mochten doen)
-
Zijn zich meer bewust van zichzelf als los van anderen
In deze fase denken kinderen dat de wereld alleen om hen draait. Concepten als delen zijn niet erg logisch. Je kind kan naast een andere peuter gaan zitten om te spelen, maar hem negeren tenzij het speelgoed van hem wil afpakken. Dat is normaal. Tegen hem zeggen: "Wat zou je ervan vinden als ze dat tegen jou deed?", betekent op deze leeftijd nog niets. Houd hun interacties dus goed in de gaten.
Tegelijkertijd imiteren kinderen graag anderen in hun omgeving en spreken ze misschien tegen hun teddybeer of pop op dezelfde manier als hun ouders tegen hen praten. Dat is een reden te meer om een goed rolmodel te zijn.
Leren, denkvaardigheden
Je kind moet in staat zijn om:
-
Dingen te vinden, zelfs als ze verborgen zijn onder twee of drie lagen
-
Beginnen met het sorteren van vormen en kleuren
-
Zinnen en rijmpjes in bekende boeken afmaken
-
Speel eenvoudige doe-het-zelf spelletjes
-
Volg tweedelige instructies (zoals "drink je melk, geef me dan de beker")
Je kind begrijpt steeds meer van taal en begint nu problemen in zijn hoofd op te lossen. Ze beginnen ook tijdsbegrippen te begrijpen zoals: "Ik zal je een verhaaltje voorlezen nadat we je tanden hebben gepoetst."
Ze beginnen het concept van getallen te begrijpen, zodat je kunt beginnen met tellen. Hun spel wordt complexer en ze maken misschien een uitgebreide scène voor één speciaal stuk speelgoed in plaats van van het ene stuk speelgoed naar het andere te gaan.
Ontwikkelingsachterstand
Vertel het uw dokter als uw kind op 2 jarige leeftijd één van de volgende dingen nog niet kan:
-
Correct lopen -- ze zouden niet uitsluitend op hun tenen of onvast moeten lopen na enkele maanden van lopen
-
Zeg een twee-woorden zin
-
Imiteer acties of woorden
-
Volg eenvoudige instructies op
-
Herinneren zich vaardigheden die ze vroeger hadden
Uw kind moet ook worden getest op autisme met 18 maanden en met 24 maanden, volgens de American Academy of Pediatrics Als er een probleem is, zal uw arts u doorverwijzen naar een vroeg interventie (EI) programma, dat wordt aangeboden onder een federale wet. Sommige van de EI-diensten zullen gratis worden verstrekt.
Schermtijd
Vanaf 2 jaar kunnen kinderen leren van educatieve programma's van hoge kwaliteit, maar ze mogen niet meer dan een uur per dag kijken. Te veel schermtijd kan leiden tot te weinig lichaamsbeweging en slaapproblemen. De American Academy of Pediatrics zegt dat je je kind niet alleen naar schermen (tv, tablet of laptop) moet laten kijken, maar dat je samen met hem of haar moet kijken. En gebruik de tv niet als achtergrondgeluid. Als er niemand kijkt, zet hem dan uit.
