Het Vaccine Adverse Event Reporting System (VAERS) helpt de CDC en de FDA bij het opsporen van mogelijke veiligheidsproblemen met vaccins die in de VS zijn toegelaten. Lees meer over hoe het werkt.
VAERS staat voor Vaccine Adverse Event Reporting System. Het is een nationaal systeem voor vroegtijdige waarschuwing dat de CDC en de FDA helpt bij het opsporen van mogelijke veiligheidsproblemen met vaccins die in de V.S. zijn toegelaten. De overheid heeft VAERS in 1990 in het leven geroepen.
Iedereen kan een mogelijke bijwerking van een vaccin (ook wel een adverse event genoemd) melden aan de VAERS-database, waaronder:
-
Patiënten
-
Ouders of verzorgers van patiënten
-
Artsen en andere zorgverleners
In sommige gevallen verplicht de wet gezondheidswerkers om rapporten naar VAERS te sturen. Vaccinproducenten moeten alle bijwerkingen rapporteren die zij te weten komen.
Wat is het doel van VAERS?
VAERS bepaalt niet of een vaccin een bepaald gezondheidsprobleem heeft veroorzaakt of daarbij een rol heeft gespeeld. Het helpt deskundigen van de CDC en de FDA om patronen te ontdekken die vroege aanwijzingen voor een probleem kunnen zijn. Dit geeft hun een waarschuwing dat zij misschien meer onderzoek moeten doen naar de veiligheid van een vaccin.
De belangrijkste doelstellingen van VAERS zijn:
-
Nieuwe, ongewone of zeldzame bijwerkingen van vaccins te helpen opsporen.
-
Volg de toename van bekende bijwerkingen.
-
Zoek dingen die mensen meer kans geven op bepaalde bijwerkingen.
-
Controleer de veiligheid van nieuw toegelaten vaccins.
-
Bepaal of mogelijke bijwerkingen zich in clusters voordoen, zoals in een bepaald gebied of in een specifieke batch van vaccins
-
Fouten opsporen die gemaakt worden door gezondheidswerkers wanneer zij mensen vaccineren.
-
Zorg voor een veiligheidsbewakingssysteem voor het land in reactie op volksgezondheidscrises.
Wat zijn de grenzen?
Sommige van de nadelen van het systeem zijn:
-
In het algemeen kan VAERS ons niet vertellen of een vaccin een bepaald probleem heeft veroorzaakt.
-
Mensen dienen rapporten in bij VAERS die vaak weinig details bevatten en soms fouten bevatten.
-
Mensen zijn eerder geneigd om ernstige mogelijke bijwerkingen te melden dan minder ernstige.
-
Meldingen van bepaalde bijwerkingen kunnen toenemen als gevolg van media-aandacht.
-
VAERS gegevens kunnen niet gebruikt worden om het aantal bijwerkingen te bepalen.
Staat er dat er duizenden zijn gestorven door COVID vaccins?
VAERS zegt niet dat duizenden mensen zijn gestorven door COVID vaccins. Dit is een mythe. VAERS-rapporten alleen bepalen niet of vaccins gezondheidsproblemen of sterfgevallen veroorzaken of er een rol in spelen.
Volgens het laatste rapport werden meer dan 553 miljoen doses COVID-19-vaccins toegediend in de VS van 14 december 2020 tot 14 maart 2022. In deze periode had VAERS 13.273 meldingen van sterfgevallen. Dit komt overeen met ongeveer 0,0024% van de mensen die het COVID-19-vaccin kregen. Hieruit blijkt dat overlijden na COVID-19 vaccins zeer zeldzaam is.
Maar zorgverleners moeten elk sterfgeval na een COVID-19 vaccinatie melden bij VAERS. Wanneer iemand sterft nadat hij is ingeënt, betekent dit niet noodzakelijk dat het vaccin iets met zijn dood te maken heeft. Op basis van onderzoek waarbij overlijdensakten, autopsies en medische dossiers werden bekeken, hebben wetenschappers geen verband gevonden tussen het COVID-19-vaccin en een hoger risico op overlijden.
Over het algemeen zijn de COVID-19 vaccins veilig en effectief. Ze zijn de beste manier om jezelf te beschermen tegen het coronavirus, dat in september 2021 meer dan 660.000 mensen in de V.S. had gedood.
Welke bijwerkingen moet u melden aan VAERS?
De overheid moedigt mensen aan om elk medisch probleem te melden dat zich voordoet nadat iemand is gevaccineerd. Sommige problemen kunnen worden veroorzaakt door de vaccinatie. Andere hebben er misschien niets mee te maken.
Het formulier dat u gebruikt om een rapport in te dienen bij VAERS verzamelt informatie over:
-
Het vaccin
-
De persoon die gevaccineerd werd
-
De reactie die gebeurde
Elke melding van een mogelijke bijwerking komt in de VAERS database. De gegevens zijn openbaar, maar VAERS houdt de identiteit van alle patiënten vertrouwelijk.
Wat moeten zorgverleners melden?
Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg zijn wettelijk verplicht om elk ongewenst voorval te melden dat is opgenomen in de VAERS Table of Reportable Events Following Vaccination. Dit is een lijst van vaccins met de mogelijke bijwerkingen van elk vaccin. Ook is aangegeven wanneer de bijwerking zich na vaccinatie kan voordoen. Zorgverleners moeten ook bepaalde reacties melden die op de lijst van de fabrikant van het vaccin staan.
De overheid dringt er bij gezondheidswerkers op aan, maar eist niet dat zij elke andere mogelijke bijwerking melden, zelfs als het niet duidelijk is dat de vaccinatie de bijwerking heeft veroorzaakt. De overheid moedigt gezondheidswerkers ook aan om gevallen te melden waarin een vaccin ten onrechte aan iemand is toegediend.
Hier volgen enkele voorbeelden van bijwerkingen die artsen en andere zorgverleners aan VAERS moeten melden na het toedienen van bepaalde vaccins.
Na een vaccinatie tegen mazelen, bof en rodehond:
-
Een ernstige allergische reactie, anafylaxie genaamd.
-
Hersenontsteking (encephalitis) of hersenziekte (encephalopathie)
-
Een zeldzaam type schouderblessure gerelateerd aan de manier waarop het vaccin werd toegediend
-
Ernstige complicaties of overlijden
-
Bepaalde bijwerkingen opgesomd door de maker van het vaccin
Na een COVID-19 vaccinatie:
-
Elke levensbedreigende bijwerking of overlijden
-
Een nieuwe ziekenhuisopname of een langer verblijf in het ziekenhuis
-
Gezondheidsproblemen die iemands dagelijks leven in de weg staan
-
Geboorteafwijkingen bij baby's waarvan de moeder de prik kreeg tijdens de zwangerschap